Opzet ondereel Explosieveiligheid (Atex)

Het onderdeel explosieveiligheid bestaat uit 4 delen:

1. Arbeidsrisico’s;
2. Wetgeving met betrekking tot explosieveiligheid;
3. Inventarisatie;
4. De mogelijke oplossingen.

In de textiel en tapijt industrie is het risico op explosies voor zover bekend uitermate gering. Voor het uitvoeren van de inventarisatie en het implementeren van oplossingen is specifieke deskundigheid noodzakelijk die veelal niet voorhanden is in de branche. De onderdelen inventarisatie en oplossingen zijn daarom beknopt gehouden en helpen u met de beslissing of het nodig is om externe deskundigheid in te schakelen.

Onder ‘Explosieveiligheid’ vindt u informatie omtrent het arbeidsrisico, de wetgeving en de inventarisatiemethodieken die horen bij dit prioritaire risico.

Explosieveiligheid (Atex)

In de textiel en tapijt industrie is het risico op explosies voor zover bekend uitermate gering. Explosies kunnen ontstaan als een brandbare stof in de juiste verhouding met lucht (of zuurstof) tot ontsteking wordt gebracht. Explosies van zowel brandbaar stof als van gassen en dampen kunnen tot zeer ernstige schade leiden. Voor het tot ontsteking brengen van een explosief mengsel is ook een ontstekingsbron vereist. Deze ontstekingsbron hoeft maar weinig energie te bevatten. Dit soort ontstekingsbronnen kunnen overal aanwezig zijn (open vuur, hete oppervlaktes, vonken als gevolg van elektriciteit of statische ontladingen etc.). In de textiel en tapijt industrie kan de aanwezigheid van stof van vezels en garens mogelijk een risico zijn. Daarnaast is het belangrijk om te onderzoeken of er in uw organisatie specifieke processen zijn met bijvoorbeeld brandbare gassen of vloeistoffen die in dampvorm explosief kunnen zijn (bijvoorbeeld oplosmiddelen).
Of er sprake is van een explosierisico is niet eenvoudig te beoordelen. Dit is bij stofexplosies onder andere afhankelijk van de potentiële explosiviteit van het aanwezige stof, de hoeveelheid stof en de aanwezigheid van eventuele ontstekingsbronnen.

Als vuistregel geldt dat er een mogelijk risico is op stofexplosies als er veel stof op horizontale oppervlaktes ligt. Onder veel stof wordt verstaan een stofdikte van 0,1 mm of meer. Op vloeren zijn voetstappen en sporen van voertuigen dan duidelijk zichtbaar. Een tweede indicatie dat er mogelijk sprake is van een risico op stofexplosies, is dat het zicht minder dan 1 meter bedraagt doordat er veel stof in de lucht hangt.
Tenslotte is het van belang om te realiseren dat stofexplosies ook kunnen ontstaan in “verborgen situaties” waar veel stof kan zijn. Denk hierbij bijvoorbeeld aan opslag silo’s en afzuiginstallaties, en specifieke processen, stoffilters en spanraam.

Explosieveiligheid (Atex)

In het kader van de Arbowet is iedere werkgever verplicht een beleid te voeren dat erop gericht is de werknemers te beschermen tegen explosiegevaar (Arbeidsomstandighedenbesluit artikel 3.5 a-f). Dit besluit is beter bekend als de Atex 137 richtlijn. In de Atex 137 staan de bepalingen van de Europese richtlijn 1999/92/EG. De belangrijkste bepaling uit dit document is dat de risico’s met betrekking tot explosiegevaar voor werknemers schriftelijk moeten worden vastgelegd in een zogenaamd explosieveiligheidsdocument dat minimaal bestaat uit:

  • een nadere risicoanalyse;
  • een gevarenzone-indeling;
  • passende technische en organisatorische maatregelen;
  • Voorlichting aan werknemers.

Het opstellen, wijzigen of intrekken van een regeling op het gebied van explosieveiligheid kan alleen plaats vinden na instemming van de ondernemingsraad of personeelsvertegenwoordiging.

Explosieveiligheid (Atex)

Voor het beoordelen van het risico op ontploffingsgevaar is specifieke deskundigheid vereist.
Als u een van de volgende vragen met ja moet beantwoorden wordt het inschakelen van specifieke deskundigheid aanbevolen.

  • Wordt er bij specifieke processen met grote hoeveelheden brandbare gassen of met brandbare vloeistoffen gewerkt?
  • Bij het gebruik van brandbare vloeistoffen met een vlampunt van minder dan 55 C kan er potentieel een risico op explosie ontstaan. U kunt het vlampunt op het veiligheidsblad van het product terugvinden.
  • Zijn er ruimtes waar het zicht door grote hoeveelheden stof minder dan 1 meter bedraagt?
  • Zijn er ruimtes waar op horizontale oppervlaktes en vloeren meer dan 0,1 mm stof ligt?
  • Ligt er zoveel stof op vloeren dat voetstappen en bandensporen zichtbaar blijven?

Komt stof voor in specifieke processen / machines? Stof komt bijv. voor in de weverij en spinnerij (denk hierbij vooral aan verzamelpunten zoals bijvoorbeeld afzuiginstallaties).
Daarnaast kan er stof voorkomen bij het gebruik van kleurstoffen en harsen in poedervorm.

Explosieveiligheid (Atex)

Als er op basis van de beoordeling van een deskundige sprake is van een explosierisico dan zal de deskundige dit nader beschrijven in een zogenaamd explosieveiligheidsdocument. Het bedrijf zal dan in zones worden ingedeeld van geen tot hoog risico. Afhankelijk van de zone indeling zullen er dan maatregelen genomen moeten worden om het risico te beperken.
Deze maatregelen zijn situatie specifiek en moeten door een deskundige worden vastgesteld.
De maatregelen zullen er (bij preventie in het kader van stofexplosies) op gericht zijn om het vrijkomen van stof te beperken of neergedaald stof op horizontale oppervlaktes regelmatig te verwijderen. Daarnaast kunnen er maatregelen noodzakelijk zijn om ontstekingsbronnen weg te nemen. Denk hierbij aan aanpassingen van de elektrische installatie, afschermen van hete oppervlaktes en aarding om statische elektriciteit te voorkomen.